Giacomo Puccini (1858-1924) stamde uit een traditierijke familie van musici en nam na een opvoering van Giuseppe Verdi’s opera „Aida“ in het jaar 1876 het besluit om operacomponist te worden. „Turandot“ was Puccini’s laatste compositie, die hij wegens voortschrijdende ziekte niet meer kon voltooien. Franco Alfano maakte het werk af aan de hand van Puccini’s aantekeningen en ontwerpen. De eerste opvoering door de wereldberoemde dirigent Arturo Toscanini vond uiteindelijk plaats op 25 april 1926 in het Milanese theater Scala. De opera vertelt het verhaal van de Chinese prinses Turandot, die alle bruiloftskandidaten drie raadsels voorlegt. Wie deze oplost mag haar tot vrouw nemen. Wie faalt, wordt terechtgesteld. Het lukt de jonge prins Kalaf daadwerkelijk om alle drie raadsels op te lossen. Hij geeft de wanhopige Turandot echter een laatste uitweg: Als zij vóór zonsopkomst zijn naam ontdekt, legt hij zijn leven in haar handen. De prinses probeert met alle middelen, hoe verschrikkelijk ook, de naam te weten te komen, maar tenslotte breekt haar weerstand tegen haar gevoel voor Kalaf. In een vertrouwelijk moment verraadt deze aan haar zijn naam en de twee laten zich gelukkig in elkaars armen vallen. De aria „Nessun Dorma“ (Geen slaap!) uit het derde bedrijf is één van de bekendste en meest succesvolle opera’s aller tijden. Het komt uit de scene waarin Turandot gelast dat niemand mag gaan slapen, voordat de naam van de onbekende prins is ontdekt. Deze aria is voor een breed publiek bekend geworden, vooral vanwege de vertolking door Luciano Pavarotti bij verschillende grote evenementen.
De huidige bewerking biedt veel opvoeringsmogelijkheden, zoals bijvoorbeeld:
· volle orkestklank door tutti instrumentatie
· individueel aangepaste bezetting
· als solostuk voor euphonium, bariton of trombone met blaasorkest-begeleiding
· als aria met solozang en blaasorkest-begeleiding