In Decorum volgt na een verrassende, virtuoze inleiding een speels leggiero thema. Hier wordt in een dynamische contrastwerking de houtgroep afgewisseld door tutti-spel. Aansluitend komt een melodische lijn aan bod met triolen en gepunteerde figuren als opvallendste ritmische kenmerken. Het triodeel etaleert een nieuw thema waarin het zestiendenotenbeeld de overhand krijgt. Met een markante grandioso slotreprise wordt deze concertmars afgesloten. Decorum is een bijzonder aanstekelijke compositie voor zowel muzikanten als publiek.